Onderwijs voor Suriname en het Surinaamse kind


…een plaats in de geschiedenis…
…een plaats in de geschiedenis…

Onderwijs voor Suriname en het Surinaamse kind

Suriname zit in een politieke, economische en culturele crisis. Het is geen wonder dat ook het onderwijs in problemen is. Minister Marie Levens van Onderwijs is bezig met het reorganiseren van het onderwijs. Het lijkt erop dat het beleid vooral gericht is op het probleem van de achterblijvers en de “drop outs”, het “blijven zitten” en het niet meer naar school gaan.

Een van de oplossingen die hiervoor bedacht is, is “doorstroming”. Kinderen blijven niet meer zitten, maar gaan over naar het volgende leerlaar met een diagnose van hun sterke en zwakke punten. De bedoeling is dat leerkrachten, ouders en kinderen samen zorgen voor het bijwerken van de zwakke punten. Een prijzenswaardig idee, dat een goede stap kan zijn in de richting van onderwijs dat meer rekening houdt met de individuele behoeften en mogelijkheden van kinderen. Aandacht voor het individuele kind, geen enkel kind mag achter blijven: een prachtige nieuwe missie voor het onderwijs.

Tot nu toe werden kinderen die een paar keer bleven zitten afgeschreven. Dat zal nu niet meer gebeuren. De invoering van het nieuwe systeem verloopt moeizaam en er is kritiek van leerkrachten, ouders en het publiek.

Doorstromen tot vastlopen?

“Doorstromen leidt tot vastlopen”, luidde de kop van een ingezonden stuk in een van de kranten. In het artikel werd beweerd dat het doorstroomsysteem maakt dat kinderen minder hun best doen omdat ze weten dat ze toch overgaan. Enkele ouders zouden dit gezegd hebben. Dit is nonsense. De kinderen zijn gedemotiveerd door het oude systeem van klassikaal onderwijs, rode cijfers, zitten blijven en scholen die hen niet herkennen als unieke individuen en zich vooral concentreren op de gestandaar-diseerde, van hogerhand opgelegde leerstof.

Het nieuwe beleid veronderstelt de aanwezigheid van leerkrachten die minder bezig zijn met “het curriculum” en meer met het kind en de ouders. Het gaat ervan uit dat ouders regelmatig met leerkrachten in contact zijn om de voortgang van het kind te bespreken. Ouders en onderwijzers moeten elkaar de hand reiken om hun kinderen omhoog te trekken. Aan deze voorwaarden is nog niet voldaan.

…elkaar de hand reiken om het kind omhoog te trekken…
…elkaar de hand reiken om het kind omhoog te trekken…

Cultuurverandering

Ouders, leerkrachten en leerlingen zijn niet ready voor de nodige cultuurverandering. Leerkrachten moeten anders te werk gaan, ouders moeten zich meer met het leren van hun kinderen bemoeien en kinderen moeten harder hun best doen.

Minister Levens zei afgelopen week in een interview met een journalist dat het nieuwe onderwijssysteem ervoor moet zorgen dat het ontwikkelingsniveau van de bevolking wordt verhoogd. Bijna 40 % van de volwassenen in Suriname is niet verder gegaan dan de vierde klas lagere school. Deze mensen kunnen geen bijdrage leveren aan de gewenste nationale ontwikkeling, zei mevrouw Levens.

Het nieuwe beleid zal meer ruimte maken voor de 10.000 kinderen, die elk jaar instromen, maar het zal op zich niet leiden tot betere leerprestaties en zeker niet tot de verhoging van het welvaartsniveau.

Ook zal het weinig veranderen aan de slechte leerprestaties van kinderen uit de volksklasse en gemarginaliseerde etnische groepen. In andere landen heeft verhoging van het onderwijsniveau van de massa niet doorgewerkt in verhoogde opwaartse mobiliteit.

Middenklasse waarden en normen
Middenklasse waarden en normen

Het onderwijssysteem staat in dienst van de heersende maatschappelijke orde en is in wezen niet veranderd sinds de koloniale tijd. Het systeem is doordrenkt met de waarden en normen van de westerse middenklasse. Dit creëert over de hele wereld problemen voor kinderen uit andere milieu’s, de arbeidersklasse of culturele minderheden, ook in Suriname. Kinderen uit de lagere sociale klassen doen het slechter dan kinderen uit de middenklasse en kinderen van etnische minderheden doen het nog slechter. Wat dat laatste betreft zijn er soms opvallende uitzonderingen. Aziatische kinderen doen het in Amerika en Europa beter op school dan de “autochtone” kinderen.

Etniciteit en schoolprestaties

De verschillen in schoolprestaties van kinderen van verchillende etnische groepen zijn deels het gevolg van een meer of minder goede “fit” tussen de huiscultuur en de schoolcultuur. De discipline, het patriarchaat, de gehoorzaamheid aan superieuren, die kenmerkend zijn voor Aziatische culturen, sluiten goed aan bij de schoolcultuur.

Kinderen van minderheidsgroepen moeten niet alleen opboksen tegen een onderwijsmilieu dat niet aansluit bij hun etnische cultuur, maar moeten ook de kloof tussen hen en de leerkrachten overbruggen. Leerkrachten hebben doorgaans vooroordelen over kinderen van minderheidsgroepen.

Door onbekendheid met de cultuur van de kinderen zijn zij niet goed in staat in de kinderen te ontdekken wat hun interesses en talenten zijn.

Culturele kloof tussen leraar en leerling
Culturele kloof tussen leraar en leerling

Leerkrachten in Paramaribo ondervinden extra moeilijkheden met kinderen uit het binnenland.

Ik heb in mijn patiëntenbestand enkele tientallen onderwijzeressen en van hen hoor ik de verhalen over de onhandelbare marronkinderen en de stress die dat geeft. Het onderwijs aan kinderen in het binnenland kampt met extreme logistieke en financiële problemen. Er zijn mensen die vinden dat het onderwijs cultureel moet worden aangepast aan de leerlingen uit het binnenland en andere minder-heidsgroepen. Er moet een speciale stream komen voor onderwijs in moedertalen. Op het eerste gezicht lijken dit goede voorstellen, maar in andere landen, die geprobeerd hebben het onderwijs te voorzien van speciale streams en voorzieningen voor minder-heden, hebben we gezien dat die maatregelen niet het gewenste resultaat hebben. Onderwijs kan de disfuncties van de maatschappij niet oplossen.

Als ik het goed heb begrepen, zal elk kind in het 9de en 10de leerjaar door de leerkrachten worden gedirigeerd naar voor dat kind geschikt geacht voortgezet onderwijs, afhankelijk van de leer-prestaties en de door de leerkrachten waargenomen interesses van het kind.

De psychologie van de waarneming leert ons dat mensen niet waarnemen wat zij niet kennen. Een leraar van een bepaalde etnische groep kan moeilijk zien wat een kind uit een andere etnische groep bezielt. Onbekend maakt onbemind. In Nederland bijvoorbeeld resulteert dit in het structureel naar het beroepsonderwijs sluizen van kinderen uit minder-heidsgroepen. Er is verschil in de doorstroming van autochtone en allochtone kinderen, een door-stroming die door ambtenaren en onderwijzers differentieel wordt gekanaliseerd.

Dat wordt me wat straks met de duizenden marronkinderen in Paramaribo.

Black Education?

In Amerika en Europa zijn er bewegingen om het onderwijssysteem aan te passen aan de behoeften van minderheden, in het bijzonder de nazaten van Afrikanen, omdat die als extra problematisch worden gezien. De focus van deze bewegingen is vooral op versterking van de eigen identiteit en de eigen cultuur van de groep. Men ziet de achterblijvende prestaties van “zwarte” kinderen voornamelijk als een gevolg van een gebrek aan zelfrespect of andere psychosociale defecten. Zeg maar door “mental slavery”. Alle scholen hebben nu “Black History Month”. Sommige scholen nemen steelband muziek op in het curriculum. Aan de universiteiten zijn er leerstoelen over alle aspecten van de Afrikaanse identiteit. Geschiedenisboeken worden herschreven om de geschiedenis van minderheden een plaats te geven in de nationale canon.

…een plaats in de geschiedenis…
…een plaats in de geschiedenis…

In Amerika heeft men op de universiteiten voor achterstandsgroepen gereserveerde quota. Er wordt van alles gedaan vanuit de gedachte dat er iets mis is met de mensen. Ze zijn gewond en moeten worden verpleegd. Ze moeten een speciale behandeling krijgen. Scholen worden versterkt met psychologen en sociaal werkers.i

Tot nu toe hebben de “identiteits-versterkende” strategieën nog niet veel concreets opgeleverd in de sociale positie van de zwarte onderklasse in Amerika en Europa. Wel hielpen ze de positie van de zwarte middenklasse en de zwarte elite te versterken.

Identiteitsversterkend onderwijs
Identiteitsversterkend onderwijs

Weinig mensen zien dat het probleem niet bij de mensen ligt, maar in het systeem. Psychologisch onderzoek van kinderen uit de middenklasse en de arbeidersklasse laat zien dat arbeiderskinderen gemiddeld een beter zelfbeeld en minder last van angsten hebben dan middenklasse kinderen, die moeten voldoen aan tal van zware eisen en verwachtingen. De kinderen hebben kennelijk niet zozeer steelbandklassen nodig, maar onderwijs dat ze echt helpt te leren wat ze nodig hebben om zich in de maatschappij overeind te houden.

Dit vraagt behalve om beter onderwijs voor allen (niet slechts om culturele extraatjes voor minderheden) ook om veranderingen in de maatschappij.

Het probleem is niet “mental slavery”, waarbij mensen last hebben van een slecht zelfbeeld, maar de aanhoudende loonslavernij en discriminatie waaraan de lagere klassen en minderheden zijn blootgesteld. Wil je leerprestaties verbeteren zorg dan eerst voor betere huisvesting en inkomen voor de achterblijvende gezinnen.

De doelen van het onderwijs

Onderwijs heeft twee hoofddoelen:

  • mensen geschikt maken voor de maatschappij door het overdragen van kennis en vaardigheden aan nieuwelingen en de volgende generatie;
  • de unieke talenten en de persoonlijkheid van elk individu ontwikkelen, opdat die talenten de samenleving ten goede kunnen komen.

Deze doelen, socialisatie en individuatie van het kind, onderwijs voor het land en onderwijs voor het kind, staan ten opzichte van elkaar onder spanning, dezelfde spanning als tussen gelijkheid en vrijheid.

Elke cultuur heeft een andere manier om met deze dynamische spanning om te gaan. Een succesvolle beschaving zorgt ervoor dat kinderen gevormd worden naar het ideaalbeeld van de cultuur, maar biedt ruimte voor de ontwikkeling van het individu. Het individu moet beheerst worden, omdat zijn speelsheid een gevaar kan zijn voor de samenleving, maar niet zodanig dat het niet meer spelen kan. Kinderen moeten door het onderwijs gevormd worden, maar niet zodanig dat de creativiteit van het opgroeiende individu wordt uitgedoofd.

Heeft ons onderwijs als doel achterstandsgroepen te verheffen?

In vele landen zien we dat de toegang tot het onderwijs voor achterstandgroepen wordt verbeterd. Het opleidingsniveau neemt over het algemeen toe. Dit gaat echter niet gepaard met een verbetering van de sociale positie van achterstandsgroepen. Ze komen wel hoger op de educatieve ladder, maar de ladder wordt tegelijkertijd naar boven toe verlengd. De middenklasse klimt ook hoger op de ladder. De achterstandgroepen blijven daardoor onderaan. Hun relatieve positie verbetert niet.

Hun positie verbetert niet
Hun positie verbetert niet

Heeft ons onderwijs als doel kinderen klaar te maken voor de economie? Er wordt van verschillende kanten geroepen dat ons onderwijs zich moet inzetten om mensen te vormen voor de olie-industrie, het toerisme, ICT of de landbouw.

Een onderwijssysteem dat wordt opgezet rond de overdracht van kennis en vaardigheden, zodat kinderen opgroeien tot producenten van goederen en diensten, schept een leger van werklozen.

In de technologische wereld zijn kennis en vaardigheden voor economische productie steeds minder relevant. Van groter belang zijn nu communicatie-vaardigheden en vaardigheden om de wereld te onderzoeken en mens en natuur te leren kennen.

De problemen die kinderen ondervinden doordat onderwijzers uit een andere cultuur komen, kunnen worden opgevangen door ervoor te zorgen dat onderwijzers net zo divers zijn als de leerlingen.

Er zijn ook meer manlijke onderwijzers nodig. Daar hebben kinderen van minderheden vaak behoefte aan vanwege het ontbreken van een vaderfiguur.

Onderwijs voor het land en voor het kind

Als we ons afvragen wat voor onderwijs Suriname en het Surinaamse kind nodig hebben, moeten we ons eerst goed bewust zijn van de situatie van Suriname in de wereld van vandaag. Suriname is een land in de periferie van het kapitalistische wereldsysteem, aan de rand van een wereld die door klimaatverandering, pandemische condities en structurele armoede wordt bedreigd in haar voortbestaan. Suriname is een multinationale samenleving die worstelt met problemen van etniciteit en integratie. Het onderwijs kan helpen deze vraagstukken op te lossen, maar er werd nooit bewust gewerkt aan onderwijsprogramma’s gericht op interculturele communicatie en solidariteit.

In een multinationale samenleving is niet helder wat voor soort mensen de samenleving nodig heeft. Elke etnische cultuur stelt andere eisen. Me dunkt dat ons onderwijs als hoofdtaak zou moeten hebben dat kinderen zichzelf, hun medemensen en de natuur leren kennen. Kinderen moeten leren waarnemen, zichzelf, anderen en de natuur. Het onderwijs moet het Surinaamse kind in ontmoeting brengen met medemens en wereld. Dit is geen onderwijs uit boeken, maar een onderwijs van actie. Spreken en luisteren, dingen plannen en uitvoeren, dingen ontwerpen en construeren, dansen, zingen, toneel spelen, sporten, dingen onderzoeken en beschrijven. De Griekse filosoof Plato zei dat kunst de basis moet zijn van het onderwijs. Er zijn er meer die er zo over denken. In de Times of Suriname verscheen op 13 augustus een ingezonden stuk getiteld “Peuters, laat ze spelen, ontdekken en leren!” . Paulo Freire, de beroemde Braziliaanse pedagoog, heeft een onder-wijsmethode ontworpen die uitgaat van de oplossing van sociale problemen. Leraren en leerlingen buigen zich samen met mensen buiten de school over een probleem van de buurt.

De nieuwe school is een ontmoetingsplaats waar kinderen in contact gebracht worden met mensen die interessante of leuke dingen kunnen vertellen of vertonen. En een centrum waar lerende kinderen terecht kunnen voor advies, begeleiding en voor het gebruik van faciliteiten zoals bibliotheken, computers, sportvelden etc.

Hoofdvak in alle leerjaren zou moeten zijn de Nederlandse taal. Een gedeelde taal is essentieel voor natievorming.

Onderwijs voor solidariteit in een chaotische wereld
Onderwijs voor solidariteit in een chaotische wereld

Heeft ons onderwijs als doel ervoor te zorgen dat alle etnische culturen kunnen bloeien?

We moeten het onderwijs niet belasten met de oplossing van sociale problemen. In Amerika en Europa hebben de initiatieven om het onderwijs aan minderheidsgroepen cultureel aan te passen niet gewerkt. “Black Education” is niet de oplossing. Laten wij die fout niet maken. Ons onderwijs, het systeem waarvoor wij allen belasting betalen, moet gericht zijn op de voornaamste issues van deze tijd: ecologische verstoringen, kapitalistische uituiting, mondiale desintegratie en racisme. Ons onderwijs moet mensen vormen die hun weg weten te vinden naar solidariteit en samenwerking in een wereld van toenemende chaos.

Het grootste vraagstuk van de Surinaamse samenleving is het vraagstuk van de nationale eenheid.

Deze eenheid kan bevorderd worden door het zelfbeschikkingrecht van de naties te honoreren en de staatsinrichting van Suriname in een federale vorm te gieten. Maar etnische culturen degeneren in hoog tempo onder invloed van de technologische wereldcultuur.

Etnische culturen zijn oplossingen van problemen die samenlevingen duizenden jaren geleden hadden. Ze zijn obsoleet als richtsnoer voor het moderne leven. In de wereld van vandaag bieden etnische culturen geen oplossingen voor levensvraagstukken, die tegenwoordig doorgaans politiek gekleurd zijn.

Het onderwijs kan hier een essentiële rol vervullen. Het onderwijs kan de kinderen bevrijden uit de keurslijven van hun respectievelijke etnische culturen, de keurslijven die ervoor zorgen dat ze zich aansluiten bij de etnische politieke partijen die in het postkoloniale systeem de dienst uitmaken, de keurslijven die maken dat ze hun werkelijke potentie niet kunnen verwezenlijken en de medemens van een andere groep niet kunnen ontmoeten. Onderwijs gericht op de ontwikkeling van het individu binnen de context van de levende werkelijkheid, is wat we nu nodig hebben.

Paramaribo, 1 september 2022

  Wim Bakker, voorzitter Platform SetiSRnan

  • Maureen Stone; “The Education of the Black Child in Britain. The Myth of Multiracial Education”; Fontana Paperbacks 1981; ©Maureen Stone 1981; printed by William Collins Sons &Co. Ltd. Glasgow

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

16

Vorige Uitreiking Mikel Haman award
Volgende Cursus “Anthropologies of the Black Atlantic”